Hoewel ik al decennia in Rotterdam woon, was ik tot voor de tentoonstelling van het werk van Niko Pirosmani (en in zijn kielzog Rein Dool) vorig jaar nauwelijks bekend met het Dordrechts Museum. Ten onrechte, zo bleek toen al. Men bezit een mooie vaste collectie met werk van onder meer George Breitner, en er is jaarlijks een bijzondere tentoonstelling. Men is niet zo wild als het vlakbij gelegen DordtYart waar kunstenaars ter plekke aan het werk zijn. Wat vorige eeuwen wild was is in het Dordrechts Museum neergeslagen als een door de verstreken tijd gewogen tentoonstelling.
Dit jaar zijn de tachtiger jaren van de twintigste eeuw aan de beurt. Stop Making Sense. Een retrospectief met werk van Rob Scholte, Marlene Dumas, Maarten Ploeg, Floor van Keulen, John van ’t Slot, en veel, heel veel anderen. Enthousiast schilderwerk. Alles ruikt naar verf, en soms naar actualiteit van toen, zoals de muurschilderingen van Hugo Kaagman. Geëngageerde graffiti, die hij deels met originele sjablonen opnieuw heeft gemaakt voor deze tentoonstelling. Eén muur is door Floor van Keulen rechtstreeks beschilderd met aan graffiti en strips ontleende technieken.
Op de achtergrond van deze tentoonstelling figureert de grote geschiedenis van de nieuwe zakelijkheid. Margaret Thatcher, Ruud Lubbers, Young Urban Professionals, cassettebandjes met de Talking Heads, maar ook met punk en speed, en een voordracht van Diana Ozon over de zonzijde van werkloosheid. Aan de Talking Heads, iconen van de eighties, ontleent de tentoonstelling haar naam.
Even lekker terug in de tijd voor de oudere jongere. Best wel fijn eigenlijk.