Wie bij Galerie Ramakers in Den Haag naar binnen stapt waant zich even in een laboratorium in de 19e eeuw. Lichaamsdelen zweven aan draadjes, draaien op kleine assen. Hier wordt geëxperimenteerd met het menselijk lichaam. De foto’s van de slachtoffers van Ossip worden gedeconstrueerd. Aan ijzerdraadjes hangen de delen van een gezicht dat als een blokkendoos uit elkaar valt. De figuren veranderen in marionetten die wreed aan draadjes uit elkaar getrokken worden. Een experiment met als doel een pijnlijke schoonheid te construeren.
Hoofden tollen om hun as
De objecten mogen aangeraakt worden, verzekert de galeriehoudster mij. Wanneer ik ze een slinger geef, gaan de kunstwerken trillen, bibberen en draaien. Hoofden tollen om hun as, armen en benen slingeren heen en weer. Oude medische foto’s vormen vaak de basis van het werk van Ossip. Personen met een ziektebeeld worden uit elkaar gerafeld. Toch blijft het spelen, experimenteren. Alsof de vleugels van een vliegje eruit getrokken worden en er op humoristische wijze weer aan worden geplakt. Op veel van het werk van Ossip zie ik een kriebelig handschrift; een voor mij vrijwel onleesbare boodschap in geheimschrift.
Niet alles raakt me. Soms wordt het wat veel en zit het vernuft waarmee iets in elkaar is gezet de kunst in de weg. Dan is het voor mij teveel ‘spielerei’ en verdwijnt het surreële. Maar er valt veel te genieten bij Galerie Ramakers. Het plezier en de gedrevenheid van Ossip is aanstekelijk.
Ossip t/m 8 februari in Galerie Ramakers Den Haag