De kat van een van de grootste schrijvers van de 20ste eeuw heette Bébert en was een uitzonderlijk dier. In Rotterdam ontstond in 1980 een bijzondere uitgeverij die vernoemd werd naar deze literaire kater. Uitgeverij Bébert bracht in haar tienjarig bestaan prachtige kunstenaarsboeken uit. In Museum Boijmans van Beuningen is op een overzichtstentoonstelling een aantal van deze uitgaven te bewonderen.
Bébert was van onberispelijk gedrag
Maar eerst een literair advies. Mensenhater, antisemiet en literair genie Louis-Ferdinand Celine ontvluchtte aan het eind van de Tweede Wereldoorlog de Franse hoofdstad. Hij vreesde gelyncht te worden vanwege zijn nazi-sympathieën en koos het hazepad. Bébert, zijn geliefde kat, weigerde achtergelaten te worden en verborg zich in de bagage van de omstreden Franse schrijver. De verstekeling vergezelde Céline en zijn vrouw Lucette op hun zwerftocht door het verwoeste Europa. Bébert raakte diverse malen weg, maar keerde altijd weer terug en overleefde net als zijn baasje het inferno van WOII. Wie meer wil lezen over de avonturen van Bébert en Céline moet de schitterende trilogie Van het ene slot naar het andere, Noord en Rigodon aanschaffen. Na een avontuurlijk leven overleed Bébert in 1952 in Meudon, een voorstad van Parijs, bij Céline, die toen een teruggetrokken leven leidde, wachtend op de herwaardering van zijn literatuur. Céline was geen fijn mens maar wel een groot schrijver. Bébert was van onberispelijk gedrag waar je zonder schroom een uitgeverij naar kan vernoemen.
De Rotterdamse uitgeverij Bébert van Pablo van Dijk en Pandora Tabatabai Asbaghi specialiseerde zich in zeer verzorgde kunstenaarsuitgaven van grote schoonheid en kwaliteit. Nederlandse kunstenaars en schrijvers, waaronder Jan Schoonhoven, Henk Peeters en K. Schippers, verzorgden bijdragen. Grote namen als Robert Mapplethorpe en Robert Longo werden toegevoegd aan de rij kunstenaars die meewerkten. Van 1988 was de uitgeverij ook een galerie, maar in 1990 viel het doek. In tien jaar tijd zijn er schitterende uitgaven tot stand gekomen en die zijn inmiddels geliefd bij verzamelaars. Bij Museum Boijmans van Beuningen is een tentoonstelling ingericht met de edities van Bébert die voornamelijk afkomstig zijn uit de verzameling van Johannes Westerhuis. In het schemerige Prentenkabinet liggen en hangen de multiples. Het hoogtepunt is voor mij de combinatie van een kort verhaal van K. Schippers met het werk van Henk Peeters. Mooi formaat, prachtig papier. Het werk van de minimalistische kunstenaar lijkt na zijn overlijden van vorig jaar steeds meer belangstelling te krijgen. Heel fraai zijn ook de drie Pandoradozen, Contemporary Archeology met elk afzonderlijk een tiental werken van Nederlandse en buitenlandse kunstenaars uitgegeven in een oplage van 200. Contemporary Archaeology bevat onder andere werken van Richard Hamilton, Richard Artschwager en René Daniëls. Een draagbare tentoonstelling die is geïnspireerd op de De doos in een koffer van Marcel Duchamp.
Deze tentoonstelling is de eerste in een reeks waarin vanuit de Stadscollectie aandacht zal worden geschonken aan Rotterdamse kunstinitiatieven.
Bébert – Uitgeverij en Galerie t/m 27 april in Museum Boymans van Beuningen