Kunstenaars ontwikkelen vaak een eigen ’taal’. Toen wij tijdens de Haagse Museumnacht in de Projectenzaal van het Gemeentemuseum belandden, hadden we niet op het bord bij de ingang gekeken. We liepen tussen de raadselachtige combinatie van materialen toen de ene helft van Blikvangen met een scherpe blik opmerkte: ‘Is dit niet een David Jablonowski?’

Raak! De ongebruikelijke combinatie van projectieschermen, aluminium, steen, kleurige specerijen, een klavecimbel; moderne technieken samen met organische materialen, historische voorwerpen. Het is het internet in de taal van Jablonowski. De tentoonstelling heet Prosumer, een samenstelling van de woorden producent en consument. De moderne mens is beiden. We plaatsen informatie op het world wide web, maar gebruiken het web ook als informatiebron voor de meest uiteenlopende onderwerpen. In zijn installatie verbeeldt Jablanowski dit op eigen wijze. Het is een collage van materialen en beelden, vingerafdrukken op touchscreens, beelden uit de natuur. Op film zien wij hoe de materialen in deze ruimte gemaakt en verkregen worden. Zo ontstaat een complex beeld waarbij je telkens moet inzoomen omdat anders de informatie die de kunstenaar je toont teveel en te verwarrend is. Bij binnenkomst lijkt het een verzameling restanten van een oude tempel, een Griekse ruïne. Maar het is het world wide web van Jablonowski.

Zoals vrijwel al het werk van David Jablonowski is het boeiend en vereist het enige moeite om het te begrijpen en tot je door te laten dringen. Een begrip als ‘mooi’ is hier niet van toepassing, eerder intrigerend. De toeschouwer surft mee door de virtuele wereld van de kunstenaar.

Prosumer van David Jablonowski t/m 3/11. Het is de eerste in een nieuwe reeks solotentoonstellingen in het Gemeentemuseum Den Haag in samenwerking met De Ateliers in Amsterdam.