Het begon met een bezoek aan Nouvelles Images in Den Haag om te kijken naar het werk van Michael Tedja. Een hele mooie expositie (in een hele mooie galerie) die ons het zetje gaf om naar Amstelveen af te reizen voor een bezoek aan het Cobra Museum voor Moderne Kunst. Daar was een solotentoonstelling ingericht: Snake, een retrospectief met tien jaar werk van Michael Tedja. Het bleek een enorme hoeveelheid werk te zijn.
Blikvangen struinde een beetje verdwaasd rond, overweldigd door de kleur en de hoeveelheid. Ons gemijmer werd onderbroken toen een aardige mevrouw ons aansprak. Ze dacht dat Blikvangen bij het museum hoorde (dat deed ons goed), en of we er misschien wat over wilden vertellen. Ze was nogal overdonderd, zei ze, en vond het prachtig maar… Blikvangen liet zich niet kennen. Het onder woorden brengen van Tedja’s expositie hielp haar en ons om het een beetje op een rijtje te krijgen. Die meneer die je overal zag opduiken in de kunstwerken, zeiden wij, moest wel de kunstenaar zelf zijn. En de naam van een expositie dient, als het goed is, meestal als leidraad. Zo begonnen we slangen te zoeken én te vinden. Die slang duikt telkens weer op, is de verbindende factor. De associatie die je nu eenmaal hebt met slangen, dat vervellen, die gelaagdheid, is ook je beleving van het werk. Soms letterlijk, zoals de werken in grote glazen kisten, opgebouwd uit verschillende materialen. Soms inhoudelijk, in de kleinere werken op papier, waar beeld en tekst samen meer zijn dan alleen dat. Statements, citaten, woorden en beelden. Complex. Allemaal heel associatief. Verbonden door die slang. Een imposante tentoonstelling die behoorlijk wat van je vraagt, of die je gewoon moet ondergaan. Dat deed die mevrouw dan ook. Gewoon genieten van het werk van Michael Tedja. Wij namen de catalogus mee naar huis om alles nog eens rustig na te lezen. Veelzijdige man, die Tedja.
Galerie Nouvelles Images Den Haag: Michael Tedja. Nog te zien tot 3 april.
Cobra Museum voor Moderne Kunst, Amstelveen: Michael Tedja – Snake. Tot 26 mei.